Vuurwerk

Vuurwerk









Op veel leerlingen heeft vuurwerk afsteken een enorme aantrekkingskracht. Ze zijn zich echt wel bewust van de gevaren maar denken van zichzelf dat ze veilig en verantwoord te werk gaan. Daarnaast staan ze er niet bij stil dat ze slachtoffer kunnen worden door fouten van anderen. Zeker in een groep wanneer risico’s bewust worden opgezocht. Verder is het ‘not done’ om een veiligheidsbril te dragen.
Jongeren zijn zich vaak niet bewust van de strafmaat wanneer ze gepakt worden. Ze denken dat ze toch niet gepakt worden en áls ze betrapt worden denken ze ten onrechte dat ze met een waarschuwing of een lichte taakstraf weg komen.
Vuurwerk afsteken is niet alleen spannend het heeft ook een sociaal aspect: Lekker samen grenzen opzoeken. Het nemen van risico’s, het overwinnen van de eigen angst geeft een adrenaline kick. Het bewust overtreden van de wet, door het afsteken van illegaal vuurwerk, maakt het nog spannender.
Ook zijn jongeren geneigd te experimenteren met vuurwerk door combinaties te maken, door kruit uit vuurpijlen te halen, door meerdere stuks tegelijk af te steken of door het vuurwerk ergens in te stoppen. Hierdoor is het effect onvoorspelbaar en nog gevaarlijker.
Belangrijk om met leerlingen hierover in gesprek te gaan.

Doel

  • Bespreekbaar maken van thema’s rondom vuurwerk afsteken
  • Bewustwording (groeps)gedrag
  • Effecten zien van groepsgedrag
  • Bewust worden van eigen verantwoordelijkheid
  • Leren van elkaars inzichten
  • Verschillen (h)erkennen in elkaars visie
  • Gesprek aangaan over verschillen in normen en waarden

Voor wie

Bovenbouw PO
VO
MBO





Werkwijzen

  • Kies een werkwijze die jij prettig vindt werken. De eerste twee zijn actief en activerend en ga je met de hele groep actief aan de slag. Bij de derde werkvorm werken leerlingen in groepjes aan hun tafel en sluit je af met een groepsgesprek. Meer werkvormen die je kunt gebruiken bij het werken met stellingen vind je HIER
  • Start de les met:
  • Print de stellingen uit. Voor een printbare download KLIK HIER.
  • Dezelfde stellingen zijn ook te zien in een PowerPoint
  • Bekijk alle stellingen zorgvuldig en kies die stellingen uit die voor jouw groep passend zijn.

Werkwijze:Over de streep light’

  • Voor deze werkwijze is veel ruimte nodig want hierbij komen ze letterlijk in beweging.
  • Er worden steeds stellingen voorgelezen (stellingen kunnen ook tegelijk getoond worden met de PowerPoint via het Smartbord). Groepsleden die het eens zijn met de stelling gaan naar rechts ,degenen die het er niet eens zijn gaan links staan. In het midden mag (nog) niet.
  • Dan gaan groepsleden proberen met argumenten leerlingen laten wisselen van kant.
  • Wanneer iemand een nuance aanbrengt mag iedereen die dit goed vindt een stap naar het midden zetten.
  • Hou vaart in het ‘spel’ en zorg ervoor dat iedereen een inbreng heeft.
  • Leg uit aan leerlingen dat de keuze voor of tegen een stelling vaak moeilijk kan zijn. Zeg dat het niet erg is om van gedachten te veranderen. Nadenken is in essentie van gedachten veranderen…
  • TIP:
    Soms hebben jongeren de neiging om aan één kant te blijven staan. Laat leerlingen bij de eerste stelling kiezen voor links of rechts gaan staan. Wanneer de volgende stelling aan de beurt is moeten ze niet rechts of links gaan staan maar aan voor- of achterzijde van de ruimte. Er zijn dan niet twee maar vier kanten waar leerlingen naar toe kunnen lopen. Ervaring leert dat wanneer leerlingen sowieso in beweging moeten komen ze ook eerder geneigd zijn ècht te kiezen.

Variatie ‘Over de streep light

  • Werk op dezelfde manier als bij variatie 1, alleen laat je nu leerlingen niet zelf voor of tegen een stelling kiezen maar je verdeelt ze in twee groepen. Een groep is vóór en de andere groep is tegen de stelling.
  • Laat leerlingen argumenten bedenken voor een stelling waar ze wellicht helemaal niet achter staan. Zo worden ze bewust van het feit dat je een stelling van twee kanten kunt bekijken.
  • Maak de groepen steeds anders van samenstelling en zorg voor inbreng van iedereen.

Werkwijze: Argumenteren

  • Leg de stellingen die je wil bespreken op grote A3 vellen voor de klas.
  • Verdeel de groep in twee- of drietallen en geef elk groepje een stapeltje post-its.
  • De stellingen worden voorgelezen (stellingen kunnen ook getoond worden met de PowerPoint via het Smartbord).
  • Leerlingen gaan in hun groepje overleggen en vervolgens naar aanleiding van de stellingen een argument voor of tegen bedenken. Dit wordt op een Post-it genoteerd. De Post-its worden op de gezamenlijke flap geplakt die bij de stelling hoort. Bespreek na afloop opvallende uitspraken in de groep: Zijn er overeenkomsten, verschillen? Welke thema’s keren steeds weer terug in het groepsgesprek?

Voorleesverhaal Vuurwerk

“Je hebt dit niet van mij” had Wouts oom Ben vorig jaar gezegd. “En je wacht tot volgend jaar met afsteken!” Wout was eigenlijk het plastic tasje met strijkers helemaal vergeten. Nu loopt hij met Soufiane langs het kanaal. Het is vijf uur en al bijna helemaal donker. Ze zijn  alle twee een beetje zenuwachtig en proberen dat niet aan elkaar te laten merken.
“We doen eerst die groene, dat zijn Pirats” Soufiane knikt, die kent hij wel.
“Daarna doen we die harde die Weco Corsairs. Die zijn vet!” Wout schept op terwijl hij die groene ook kent, maar die andere eigenlijk helemaal niet.

Onder het viaduct zien ze dat ze niet de enigen zijn die vuurwerk afsteken. Er is best een streng verbod, je riskeert een fikse boete. Toch liggen er een heleboel allemaal gekleurde en vooral rode papiertjes en resten van vuurpijlen en knallers. Om de beurt steken ze strijkers af. Het knalt lekker en het ruikt meteen naar oudjaar. Er komt een man op de fiets aan. Hij schreeuwt iets onverstaanbaars. Wout en Soufiane rennen direct keihard weg een smal weggetje in dat langs de snelweg loopt. Wout stopt pas wanneer hij steken in zijn zij krijgt. Hij kijkt om. Ook Soufiane komt aanhollen.

Op een hekje rusten ze uit. De groene strijkers zijn bijna op. Ze hebben alleen nog de Corsairs over.
“Die zijn echt illegaal” zegt Wout. Soufiane haalt zijn schouders op.
“Volgens mij zijn alle strijkers illegaal. Ik hoop niet dat die vent de politie gebeld heeft. Dan zijn we de Sjaak.” Wout kijkt richting het viaduct, gelukkig niemand te zien.
“Mijn oom heeft gewoon weer vuurwerk gekocht, volgens mij, in België. Daar is het niet verboden. Hij gaat, denk ik, met oud en nieuw gewoon in België vuurwerk afsteken. Ik hoop dat ik mee mag.” Hij weet allang dat zijn ouders dat never-nooit-niet goed vinden. Hij weet ook niet zeker wat er in België wel of niet mag. Maar hij is nu eenmaal helemaal gek van vuurwerk. Niet alleen knallers maar ook siervuurwerk en mooie tolletjes en Gillende Keukenmeiden.
“Ik vind het stom dat het niet mag. Het is toch geen Corona meer! We mogen niks meer” moppert hij.
“Nee” antwoordt Soufiane al kan hij niet zou gauw bedenken wat allemaal niet meer mag.
“Daar verderop is een fietstunneltje, dat wordt niet meer gebruikt. Dat is een goede plek” Wout staat op. Soufiane twijfelt. Hij moet om zes uur thuis zijn.
“Kom op” zegt Wout ongeduldig.

In het fietstunneltje ligt nog meer vuurwerktroep, het stinkt naar pies. Ze lopen onder het tunneltje door en komen bij een smal paadje. Wat verderop staat een verlaten bouwvallig hok, aan een kant is het open. Een soort stal of schapenhok lijkt het. Als ze erheen willen lopen horen ze ineens iemand praten in het hok. Verschrikt trekt Soufiane Wout van het pad af en ze verschuilen zich achter de bosjes.
“Nee, man. Perfect hier. D’r komt hier nooit iemand. Nee. Ja. Goed. Morgenavond en jij zorgt voor drank” horen ze.  Wout houdt zijn adem in. Soufiane zit met zijn hoofd tussen zijn knieën diep weggedoken in een struik. Een lange dunne jongen met rood haar in een knotje loopt rakelings langs hen heen.
“Ja, Dat is een goeie!” de jongen schaterlacht, “Later!” zegt hij nog wanneer hij het tunneltje uitloopt. Wout en Soufiane wachten gruwelijk lang voor ze tevoorschijn durven komen. Ze lopen zachtjes stap voor stap richting het tunneltje, sluipen erdoor en wanneer ze richting viaduct kijken zien ze de jongen in de verte net de hoek omgaan.
“Kom. Kijken” zegt Wout en draait zich om.
“Wat als er nog iemand daar zit?” vraagt Soufiane.
“Daar zit niemand. Weet ik zeker” bluft Wout.

In de stal ligt nog meer troep en de resten van een kampvuurtje. Ook liggen er lege bierblikjes en kapotte flessen. Achter een oude, roestige bak die denkelijk een drinkbak geweest is voor dieren liggen planken opgestapeld en een berg takken.
“Daarmee maken ze vuur” weet Soufiane. Wout loopt er heen, kijkt, kijkt nog eens goed, verschuift wat aan de planken en dan zegt hij:
“Dit is… Nee”
Soufiane loopt er ook heen en ziet drie draagtassen diep onder een paar planken verscholen. Wanneer ze in de ene tas kijken zien ze zakken chips en cola maar in de andere twee tassen zit vuurwerk. Niet zomaar vuurwerk, een heleboel vuurwerk. Echt veel verstand heeft Wout er niet van maar dit is gevaarlijk illegaal vuurwerk. Wat nu?
“We bellen de politie” vindt Soufiane. Ja, maar ja. Wat dan. Wat als ze vragen wat ze hier doen? Dan komt hun eigen vuurwerkgedoe ook uit. Laten liggen? Nee, dat is ook stom. “Anoniem bellen?” vraagt Wout. Maar dan bedenken ze dat de politie dat misschien toch kan nagaan en dan zijn ze alsnog de sigaar.

Als ze langs het kanaal weer terug naar huis lopen weten ze nog steeds niet wat ze moeten doen. Ze hebben ieder een tas vuurwerk in hun rugzak gedaan.
“We zien wel” besluit Wout. Soufiane zegt dat hij het vuurwerk echt niet thuis op zijn kamer kan bewaren, als zijn moeder het vindt…
“Morgen maar meenemen naar school” bedenkt Wout. “Er zit niks anders op.”
Nee, er zit niks anders op.





Meer info:

Onderzoeksrapport over vuurwerk veiligheid onder jongeren KLIK HIER

Vuurwerkregels 2022-2023 KLIK HIER

Rijksoverheid en regelgeving KLIK HIER





Werkvormen om pestgedrag in de groep bespreekbaar te maken:

Deze tijd van het jaar is een goed moment om bezig te zijn met de groepsdynamiek en te werken aan een positief pedagogisch klimaat in de klas. Een fijne laagdrempelige manier is het werken met GroepdGedoe 2.0.

Werkvormen om de saamhorigheid in een groep te versterken:

‘Complimentenmemory’ is een kaarten-set met veel verschillende spellen en werkvormen waarmee je de sociale cohesie in een groep kunt verbeteren.
Door het werken met ‘Complimentenmemory’ leren leerlingen complimenten te geven, te ontvangen en te internaliseren. Het kan het zelfvertrouwen en het zelfinzicht vergroten. Het is een activerende, actieve manier om jongeren te laten reflecteren op zichzelf en op elkaar. Als leerkracht geeft het werken met deze kaarten ook inzicht in hoe leerlingen elkaar zien.